Het sociale mediaplatform X, voorheen bekend als Twitter, hangt een mogelijke boete van maar liefst 1 miljard dollar boven het hoofd. Volgens een bericht in The New York Times, gebaseerd op vier anonieme bronnen, overweegt de Europese Unie deze forse sanctie vanwege vermeende schendingen van de Digital Services Act (DSA).
De Digital Services Act is een recent ingevoerde wet die tot doel heeft om de online ruimte veiliger en transparanter te maken. De EU ziet de huidige online platforms vaak als een soort “Wilde Westen”, waarin desinformatie en illegale content vrij spel lijken te hebben. De wet stelt dat grote technologiebedrijven boetes kunnen krijgen tot zes procent van hun wereldwijde jaaromzet als zij de regels overtreden.
Desinformatie
Volgens de Times richt het lopende onderzoek zich op de manier waarop X omgaat met het tegengaan van illegale content en desinformatie. Sinds Elon Musk het platform heeft overgenomen, wordt X door critici verweten een broedplaats te zijn geworden voor haatzaaierij en misinformatie. Musk zelf ontkent dat en stelt dat hij juist strijdt voor de vrijheid van meningsuiting. Hij heeft zich herhaaldelijk uitgesproken als een “free speech absolutist” en ziet in de Europese regelgeving een bedreiging voor fundamentele vrijheden.
Boete
Een formeel besluit over de mogelijke boete wordt deze zomer verwacht. EU-ambtenaren benadrukken dat het onderzoek losstaat van de recente handelsspanningen met voormalig president Trump, met wie Musk goede banden onderhoudt. Toch zijn sommige betrokkenen bang dat de sanctie politiek opgevat kan worden.
In een verklaring stelt het overheidscommunicatieteam van X dat, als het rapport klopt, de boete zou neerkomen op “ongekende politieke censuur en een aanval op de vrije meningsuiting.” Het bedrijf zegt alle middelen te zullen inzetten om zich te verdedigen en stelt dat het juist actief meewerkt aan naleving van de Europese regelgeving.
Verstrekkende gevolgen
Het is duidelijk dat de uitkomst van dit dossier verstrekkende gevolgen kan hebben voor hoe techbedrijven omgaan met Europese wetgeving — en hoe ver ‘vrije meningsuiting’ werkelijk reikt in het digitale tijdperk.