Het Hof van Justitie van de Europese Unie heeft bepaald dat commercieel belang in sommige gevallen een gerechtvaardigd belang kan zijn bij de verkoop van klantgegevens, mits dit niet in strijd is met de wet. Dit oordeel volgde na een zaak waarin de Nederlandse Autoriteit Persoonsgegevens (AP) de tennisbond aldaar een boete van 525.000 euro had opgelegd voor het zonder toestemming verstrekken van ledengegevens aan een webshop voor tennisproducten en een loterij-organisatie.
Klantdata
Volgens de AP werd daarmee regels ten aanzien van gegevensbescherming (AVG) geschonden. De tennisbond ging in beroep en stelde dat zij een gerechtvaardigd belang had bij het verstrekken van de gegevens, namelijk het versterken van de band met de leden en het bieden van voordelen zoals kortingen. De tennisbond voerde aan dat elk belang een gerechtvaardigd belang kan zijn, zolang het niet in strijd is met de wet. De AP stelde echter dat een commercieel belang zoals dat van deze bond niet voldoet aan de vereisten.
Commercieel belang
Het Hof oordeelt nu dat een commercieel belang, zoals het promoten en verkopen van advertentieruimte voor marketingdoeleinden, in bepaalde omstandigheden wel kan worden gezien als een gerechtvaardigd belang, zolang de wet niet wordt overtreden. Desondanks moet de verwerkingsverantwoordelijke, zoals de tennisbond, nog steeds aan alle overige verplichtingen voldoen, zoals het informeren van leden en het vragen van toestemming voor het verstrekken van gegevens aan derden voor marketingdoeleinden.
Herziening van de zaak
De rechtbank in Amsterdam moet nu opnieuw oordelen over de zaak, rekening houdend met het oordeel van het EU-hof. Vooral de verstrekking van klantdata aan de loterij-organisatie roept vragen op over een ‘relevante en passende verhouding. Het Hof waarschuwde dat dergelijke activiteiten leden kunnen blootstellen aan risico’s zoals gokverslaving. Wanneer de rechtbank een definitieve uitspraak zal doen, is nog onbekend.